Zij is alle wegen. Onder al onze voeten draagt zij. Altijd. Ik verlies mijn gedachten in de stroom van vele. De laatste dag voor de reis start.
Alcohol op de ladder. Het gaat me allemaal mijn hoofd te boven: geweien, kronen, mijters en toppen van kerken, die reiken tot in de hemel. Soms met draak. Soms tanden van wolven.
Tegen mijn zin beland ik in een bordeel. De raamopeningen en nissen van kathedralen veranderen voor mijn neus in vagina’s. Handen en monden en demonische gargoyles proberen mij naar binnen te zuigen.
Alles is al gebeurd. Ik weet niet wat ik moet doen. ‘Dan ben je er bijna’, stelt de mannenstem mij gerust. Je bent op weg. Bijna een boom die zijn eigen zonlicht vangt. Toch zit ik nog gevangen in een kubistisch schilderij.
Alles doet pijn. Wel weet ik nu weet ik weer wat schietspoelen zijn. De achterkant van mijzelf schittert voor even het hardst.
© Muriel Van Peteghem ~ Gent, 25 februari 2017